Het kamperen is voor ons niet alleen een reis van de ene plek naar de andere, maar ook een reis door onze herinneringen. Niet zozeer door het kamperen zelf, maar wel door de spullen die we gebruiken. Veel attributen gaan al tientallen jaren mee, zijn nog van mijn moeder geweest of al lang geleden door ons aangeschaft. We hebben maar eens het een en ander op de foto gezet.
 |
De koffiefilter was van mijn moeder. Hij hoort tot de standaarduitrusting en is al zeker 60 jaar oud. De bekers hebben we in 2010 meegenomen uit Yellowstone. |
 |
Het aluminium windscherm gaat ook al zo'n 50 jaar mee. Vroeger, toen we nog met de rugzak trokken, maakten we er zelf een van tentdoek en fietsspaken. Lichtgewicht. |
 |
Deze stokbroodzak, ruim 40 jaar geleden door mij gemaakt, doet het nog steeds prima. Ondanks het gaatje, door een hongerig muisje er ooit ingeknaagd. Het brood blijft er verrassend knapperig in. |
 |
Dit aluminium medicijnpotje doet al tientallen jaren dienst als zoutpot. Het is 8 cm hoog en dus groot genoeg. |
 |
Van mijn moeder geweest. Zeker 60 jaar oud. |
 |
Door ons gekocht rond 1977 en inmiddels behoorlijk versleten. |
 |
Dit mes kreeg ik van mijn vader toen ik een jaar of 13 was. Ik ging op schoolkamp en hij vond het belangrijk dat ik een goed mes had. Blijft altijd scherp, zei hij. En dat klopt, nog steeds. Gewoon gekocht bij...V&D. |
 |
Soeplepel klein formaat, ook van mijn moeder. Gaat altijd mee. |
 |
Dit pollepeltje uit mijn moeders collectie, zelf verkleind, was gebroken. Ik heb het gerepareerd met heel dun ijzerdraad, daarna heeft ze het nog lang kunnen gebruiken. Zit ook standaard bij onze uitrusting. |
 |
Het was indertijd een rib uit ons lijf, dit opvouwbare afwasbakje: Fl.25 (omgerekend nu zo'n €10 denk ik). Maar wat een plezier hebben we ervan! Tegenwoordig koop je ze met handige hengsels eraan. |
 |
Deze vreemdgevormde messen kocht ik ooit bij V&D in de opruiming. Het zijn ideale smeermessen. Een biefstuk moet je er niet mee snijden. |
 |
De pannengreep, hoort bij onze pannenset die we ook al bijna een halve eeuw gebruiken.
|
Met al deze spullen en nog veel meer begonnen we vanochtend aan de terugreis. We checkten al om iets over achten uit bij het hotel en reden vol goede moed het uitermate rustige Dijon uit. Het verliep allemaal voorspoedig, behalve dan wat langzaamrijdend verkeer in de omgeving van Metz, en om één uur waren we bij de Luxemburgse grens. Waar we helemaal vastliepen, we konden geen kant op. Met meer dan anderhalf uur vertraging reden we uiteindelijk het land binnen. Een groot bord wees ons de goede richting: Bruxelles - Luik. Kon niet missen, en dat vond de navigatie ook. Alleen, de weg was afgesloten. Helemaal. Ok, dan zullen er toch wel omleidingsborden staan? Nee dus. Op dat moment vervloekte ik mezelf dat ik de overzichtskaarten van Duitsland en Nederland thuis had gelaten. Want we hadden geen idee hoe nu verder. De navigatie wist het duidelijk ook niet. Op goed geluk reden we maar een weg op, maar nergens stond iets aangegeven. Dan maar naar Trier, besloten we, dan zien we daar wel verder. Wel jammer dat we nu de goedkope benzine misten, maar op een heel vakantiebudget maakt dat ook niet uit. Het was een prachtige weg, door de Eiffel, en de Here We Go gaf aan dat we via Keulen en Düsseldorf zouden rijden. Prima. We hadden intussen wel trek gekregen, de auto had ook dorst en dus stopten we bij een benzinestation. Waar de benzine €1,49 kostte...We zaten dus toch nog in Luxemburg. Mazzel!
Hoe het nu precies ging weet ik nog steeds niet, maar opeens zaten we bij Venlo. En ja, dan is het nog maar een paar uur rijden. Om precies drie minuten over zeven reden we het woonerf op. Waar we meteen hartelijk ontvangen werden door enkele buren. Leuk thuiskomen is dat! We haalden de auto deels leeg, de rest kon morgen wel. De reis zat erop.
Nabeschouwing.
Het was lange tijd onzeker geweest of we deze reis zouden kunnen maken. Het herstel na mijn heupoperaties verliep niet altijd even voorspoedig, en kamperen is gewoon best pittig in zulke omstandigheden. De tent zelf is relatief zwaar, zeker ook waar het opzetten en afbreken betreft. Maar dat lukte wonderwel, zeker omdat Bert veel op kon vangen, en ik kon fysiek veel meer dan ik van tevoren had kunnen bedenken. Het slapen ging ook redelijk tot goed, de dikkere slaapmat was een uitkomst. Ik heb ontzettend veel gelopen en geklommen. Hoewel ik echt wel pijn heb gehad is het geen seconde in me opgekomen om dan maar naar huis te gaan. Het was beslist even zwaar tijdens en na de overstromingen in Vaison, maar ook dat hebben we goed overleefd. Wat het weer betreft hebben we, afgezien van wat regendagen aan het begin en een paar keer tussendoor, niet te klagen gehad. Het is een paar dagen erg warm geweest maar over het algemeen was het juist heerlijk met zo'n 23 tot 28 graden. We hebben voor de zoveelste keer nieuwe gebieden ontdekt, terwijl we er al een halve eeuw rondrijden. Heel bijzonder. De Alpen waren schitterend, daar hadden we graag wat langer willen blijven als de weersvooruitzichten geen noodweer voorspeld hadden. Het allerleukste winkeltje van de vakantie was ook daar, in La Chapelle-en-Valgaudémar. Ze hadden er alles wat je nodig had en bovendien de allerlekkerste saucisson ooit.
De campings waren erg wisselend qua bezetting. In de Alpen stonden veel tenten en weinig campers/caravans, bij Vaison hadden we mede-tentkampeerders en zowel op La Sousta in Remoulins als op La Magerie in Roche sur Grâne voerden de blokkendozen de boventoon. Dat gevoegd bij het feit dat de gemiddelde leeftijd tussen de 70 en de 80 lag, geeft al aan dat het een nogal suf gebeuren was. Waar je op een tentencamping 's avonds allemaal mensen gezellig buiten ziet zitten, bij een sfeerlichtje, is het doodstil op een tentloos terrein. Iedereen duikt bij de eerste de beste schemer het huis in. We misten de reuring van kinderen en jongere mensen. Maar ach, we raakten toch wel aan de praat zo hier en daar, en uiteindelijk gingen we ook niet voor de sociale contacten.
Al met al hebben we er intens van genoten: het kamperen, het reizen, de prachtige tochten, de kampeerkoffie en het glaasje wijn. Voor geen goud hadden we het willen missen. We blijven tentkampeerders in hart en nieren. Het was een geweldige reis en vooral, het is allemaal gelukt!
Dank aan alle meelezers, en wie weet tot een volgende keer.